Uitgebreide beschrijving
Vertellen aan kinderen
In de eerste cursusdag staat het vertellen aan kinderen van verschillende leeftijden centraal. Welke vertelbehoeften hebben kinderen uit verschillende leeftijdsgroepen (kleuters, onderbouw, bovenbouw en tieners) Wat betekent dat voor de inhoud van mijn verhaal? Hoe pas ik een verhaal aan?
Daarnaast kijken we hoe je kinderen betrokken houdt bij de vertelling. Welke motiverende technieken kun je inzetten? Hoe je vanuit een verhaal om met zeer actieve of inactieve kinderen in de groep? Welke manieren zijn er om rust te creëren? |
Natuurlijk is er ook tijd om het geleerde te oefenen in een bekend verhaal.
Vertellen met kinderen
De tweede dag van de cursus is gewijd aan het vertellen mét kinderen. Hierin bekijken we een aantal praktische werkvormen om het vertellen met kinderen in praktijk te brengen:
- verteltafel: een beeldende werkwijze om het navertellen van verhalen vorm te geven.
- kamishibai: het Japanse vertelkastje als middel om kinderen gedeelten van een verhaal zelf te laten vertellen.
- flanelbord: bekend uit de ouderwetse kleuter- of zondagsschool. Een ideaal hulpmiddel om een verhaal te ondersteunen met de uitbeelding van het tafereel.
Deze werkvormen worden voorgesteld en kort uitgeprobeerd, waarbij natuurlijk aandacht is voor vragen over de didactische omzetting.
Daarnaast bekijken we een aantal vertelspelen en proberen die met elkaar uit. Vertelspelen vormen een laagdrempelige manier om met elkaar, verhalen te beleven en creëren.
Tijdens de eerste lesdag krijg je een opdracht om elementen uit de cursus te verwerken in een zelfgekozen verhaal(fragment). Op de derde lesdag gaan we daarmee praktisch aan de slag.
Meer informatie
Op de Vertelacademie Campus staat een pagina met lesmateriaal bij deze cursus. Je vindt er o.a. een beschrijving van de competenties, tips voor leerroutestudenten en literatuurtips.